De weinige Duitstalige Belgen leven vooral in de provincie Luik. Dit deel heeft België gekregen in 1920 als compensatie voor de geleden schade tijdens de Eerste Wereldoorlog. Deze gebieden behoorden in de geschiedenis afwisselend tot België (of tot de gebieden die nu België vormen).
Hoofdstad: | Eupen |
---|---|
Inwoners: | 71.500 |
Oppervlakte: | 853,64 km2 |
Talen: | Duits |
Feestdag: | 15 november |
Op de vlag van de Duitstalige Gemeenschap staat op een witte achtergrond een rode leeuw. Daar rond staan negen blauwe vijfbladeren. Zij symboliseren de negen gemeenten waaruit deze gemeenschap bestaat.
Vlag van de Duitstalige Gemeenschap |
De Duitstalige Gemeenschap heeft geen volkslied.
15 november is het de feestdag van de Duitstalige Gemeenschap.
Doordat er een Duitstalige Gemeenschap bestaat, kunnen deze inwoners hun eigenheid behouden. Ze kunnen onderwijs in het Duits organiseren, officiële papieren zijn in het Duits opgesteld... Toch wonen er ook wat Franstaligen in deze Duitstalige Gemeenschap (ongeveer 5%), zij beschikken over faciliteiten.
Deze gemeenschap is enorm klein, zowel qua bewoners als qua oppervlakte. In België spreekt minder dan 1% Duits, dat komt overeen met 100.000 mensen. In de Duitstalige Gemeenschap wonen echter ongeveer 77.000 mensen. De rest van de Duitstaligen wonen in de gemeenten rond de Duitstalige Gemeenschap. In sommige Waalse gemeenten hebben zij faciliteiten.
Log in | Belgische politiek - Belgische staatsstructuur | info@bpol.be